U kunt gebruikt frituurvet of olie het best inleveren zodat het gerecycled kan worden. Giet het terug in de verpakking of in een plastic fles en lever het in bij een inzamelpunt in de buurt. Recycling van gebruikt frituurvet of olie is goed voor het milieu, omdat er biobrandstof van kan worden gemaakt. Gebruik van biobrandstof zorgt ervoor dat we minder fossiele brandstof gebruiken. Biobrandstof heeft bovendien als voordeel dat het minder CO2-uitstoot oplevert en minder vervuiling veroorzaakt door fijnstof uit de uitlaat.
Gebruikt frituurvet dat weggegooid wordt komt terecht in het riool of bij het restafval. Vet dat in het riool terechtkomt veroorzaakt verstoppingen en levert een grote schadepost op voor gemeenten. Jaarlijks kost dit de samenleving vele miljoenen euro’s. Hoewel veel mensen weten dat gebruikte vetten niet in het riool thuis horen, heeft toch vrijwel elke gemeente problemen met verstoppingen veroorzaakt door vet.
Gebruikt frituurvet dat in de grijze kliko bij het restafval belandt komt terecht in de vuilverbranders. Om het hier te verbranden, kost de samenleving geld, terwijl recycling de samenleving alleen maar voordelen oplevert. Breng het daarom naar uw supermarkt, sportclub, school, kinderboerderij of naar de milieustraat in uw gemeente!
Inleveren kan simpelweg door het afgekoelde frituurvet in de originele verpakking of in een lege plastic fles terug te gieten en de fles goed af te sluiten. Sommige verpakkingen van frituurvet bevatten een extra brede opening om het frituurvet zo makkelijk mogelijk terug te kunnen gieten. Het gebruik van een trechter kan anders handig zijn. Neem de afgesloten fles mee naar het inzamelpunt. U herkent deze aan de gele container of aan het speciale inzamelmeubel. Kijk hier voor het dichtstbijzijnde inzamelpunt bij u in de buurt.
Er komen steeds meer inzamelpunten waar gebruikt frituurvet ingeleverd kan worden. Bijvoorbeeld bij sportclubs, scholen, supermarkten en andere organisaties, herkenbaar aan de gele container of speciaal inzamelmeubel. Ook de gemeentelijke milieuwerf heeft steeds vaker een speciale voorziening om het ingeleverde frituurvet uit de reguliere afvalstroom te halen en te scheiden voor hergebruik.
Kijk hier voor het dichtstbijzijnde inzamelpunt bij u in de buurt. Vaak staat er op de website van de gemeente ook informatie over dit onderwerp.
De gemiddelde Nederlander gebruikt ongeveer 4 kg frituurvet per jaar. Daarvan wordt 1,4 kg thuis verbruikt en 2,6 kg in de horeca.
Op jaarbasis betekent dit, dat in de horeca 44 miljoen kg frituurvet wordt verbruikt. Dit wordt praktisch allemaal al ingezameld.
Via het thuisverbruik gaat er nog 24 miljoen kg frituurvet om. We weten dat er na het frituren wat minder frituurvet over is, doordat een gedeelte van het vet wordt opgenomen in het product. Als het recyclen van vet en olie net zo gewoon wordt als de inzameling van glas en papier kunnen we jaarlijks 20 miljoen kg frituurvet inzamelen = 18 miljoen liter biobrandstof.
Enkele tientallen bedrijven houden zich in Nederland bezig met het inzamelen van gebruikte frituurvetten en bakoliën. De inzamelaars brengen de gebruikte vetten naar de vetverwerkers of vetrecyclers. Deze bedrijven scheiden het plastic van de olie en laten de inhoud bezinken waardoor de pure olie komt bovendrijven. Tijdens dit proces vindt een scheiding plaats tussen enerzijds vet of olie en anderzijds vocht en onoplosbare onzuiverheden zoals frituurresten (kleine stukjes patat en paneermeel). Dit zogeheten smeltresidu (gemiddeld 9 à 12%) wordt afgevoerd naar biogas- en/of composteerinstallaties.
Dit gebeurt verwarmd zodat de pure olie vloeibaar blijft en kan worden gereinigd. Zo wordt het bekende frituurluchtje er bij de reiniging uitgehaald.Het gereinigde frituurvet wordt op basis van verschillende kwaliteitsparameters opgeslagen in verschillende verwarmde tanks. Deze olie wordt daarna via een chemisch proces omgezet in biobrandstof. Een tweede leven dus voor gebruikt frituurvet. Het plastic wordt eveneens gerecycled.
Het ingezamelde frituurvet wordt grotendeels gebruikt als biobrandstof; voornamelijk als biodiesel. De biodiesel is geschikt voor bijvoorbeeld auto’s en vrachtwagens. Een ander gedeelte van het gebruikte frituurvet wordt vanwege de gunstige calorische opbrengst gebruikt als biobrandstof voor energieopwekking, of in de glastuinbouw.
Niet alleen het frituurvet wordt hergebruikt. Ook het plastic dat mee ingezameld wordt, kan worden hergebruikt. Het plastic dat in de verwerking terechtkomt, wordt afgescheiden in een eigen recyclingproces en verder verwerkt tot nuttige toepassingen van kunststofgranulaat.
Goed omgaan met frituurvet betekent tijdig verversen. Dit voorkomt dat het frituurvet te oud
wordt en daardoor in kwaliteit achteruit gaat. Enkele tips:
Vloeibaar frituurvet is net als olie vloeibaar bij kamertemperatuur. Het wordt meestal verpakt in een kunststof fles. Omdat het ook in afgekoelde vorm vloeibaar is, is het gemakkelijk terug te gieten in de originele verpakking. Maar ook vast frituurvet, jus of bakolie is geschikt om te recyclen. Vast frituurvet kunt u laten afkoelen tot ca. 100 graden Celsius, waarna het in een af te sluiten plastic fles te gieten is. Alle soorten vet uit de voeding kun je inleveren! Vloeibare producten zijn wel het makkelijkst in het verwerkingsproces bij de vetverwerkende bedrijven.
Vloeibaar frituurvet wordt gemaakt van plantaardige oliën. Door de speciale samenstelling is het zeer geschikt om mee te frituren. Bovendien is het rijk aan onverzadigde vetzuren en daarom een prima keuze. Wanneer je voedingsmiddelen met veel verzadigde vetzuren vervangt door voedingsmiddelen met veel onverzadigde vetzuren verlaag je je LDL-cholesterolgehalte, een van de risicofactoren voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten.
Lees meer over oliën en vetten in een gezonde leefstijl op www.vettefeiten.nl.
Zowel de verpakkingen als de container zijn afgesloten. Daardoor zal de container niet gaan stinken en geen ongedierte aantrekken. Bovendien wordt de container na elke wisseling gewassen in een daarvoor speciaal bestemde industriële reiniger. Omdat gebruikt frituurvet een vlampunt heeft van 200 graden zal het niet zomaar ontbranden.
Na braden of wokken blijven er vaak restjes vet achter in de pan. Zorg dat deze niet via de vaatwasser of gootsteen in het riool terecht komen, daar veroorzaken ze verstoppingen. Grotere hoeveelheden kunt u opvangen in een plastic fles. Als de fles vol is, kunt u deze in een gele container werpen. Hiermee voorkomt u verstoppingen van het riool.
Ook van deze restjes kan prima biobrandstof gemaakt worden. Dat geldt ook voor de olie waarin bijvoorbeeld feta of gedroogde tomaten wordt bewaard. Deze kunt u opvangen in een plastic fles en in een gele container doen.
Kleine restjes veegt u met keukenpapier uit de pan. Het keukenpapier gooit u bij het restafval.